Geograaf en journalist

Evenmin als Europese burgers zich ‘Europeaan’ voelen, voelen inwoners van België zich ‘Belg’.

‘L’Europe sera belge ou ne sera pas’. De uitspraak wordt zowel toegeschreven aan Paul-Henri Spaak, een van de grondleggers van de Europese Gemeenschap, als aan de auteur Geert van Istendael en was de kop boven een commentaar in Le Soir.

Europa zal Belgisch zijn of het zal niet zijn. Als Europa wil blijven bestaan, moet het een groot België worden. De uitspraak is nog steeds relevant. Als het zo verdeelde België bijeen te houden is, wat leert ons dat over de mogelijkheden om het zo diverse Europa te verenigen? De uitspraak is actueel. België is per 1 januari de nieuwe, halfjaarlijkse voorzitter van de Europese Unie.

België heeft een aantal kenmerken die ook op de Europese Unie van toepassing zijn. De tegenstelling tussen Noord en Zuid, Vlaanderen en Wallonië, het ontbreken van een ‘gemeenschapsgevoel’ en de opkomst van rechts-populistische partijen. En dan noemen we nog niet eens het ontbreken van een duidelijke hoofdstad en een voor buitenstaanders onbegrijpelijke staatsstructuur.

Om het laatste te beginnen. België heeft vijf verschillende regeringen. Of zijn het er zes? Wat is de rol van gemeenschappen, gewesten, provincies? Wat is de positie van Brussel? Wie is verantwoordelijk voor veiligheid, justitie, mobiliteit, economie en ruimtelijke ordening? Voor onderwijs en zorg?

Vergelijk dat complexe systeem met de organisatie van de Europese Unie. Van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger weten dat hij nooit wist wie hij moest bellen als hij de ‘verantwoordelijke’ voor de Europese Gemeenschap aan de lijn moest hebben. De voorzitter van de Europese Raad, de voorzitter van het Europees Parlement of toch de voorzitter van de Europese Commissie? Wat was het verschil tussen de Europese Raad en de Raad van Europa, zo vroeg Kissingers latere opvolger Madeleine Albright zich af. Een warboel, dat Europa, vond ze.

En wat was ook alweer de ‘hoofdstad’, zal de bewindsvrouw zich wellicht hebben afgevraagd. Brussel toch? Maar eigenlijk ook weer niet, want ook Straatsburg eist een stukje Europese hoofdstad op. Is Brussel dan de formele hoofdstad en Straatsburg de bestuurlijke, zoals bij die noorderbuur van België, Denemarken? Zo is het ook weer niet.

Europa heeft net zoveel met haar hoofdstad als de Belgen met de hunne, toevallig ook Brussel. Brussel lijkt ver weg voor de meeste Belgen, mist de uitstraling van bijvoorbeeld Parijs. Het heeft grote probleemwijken, de tunnels staan op instorten. Het is een besluiteloze lappendeken van zo’n negentien gemeenten. Het megalomane Paleis van Justitie staat al jaren te verloederen. Een groot deel van de stad werd afgebroken voor een futuristisch zakencentrum dat er nooit is gekomen.

Aan de andere kant heeft Brussel pretenties, is de stad ongedwongen en kent Brussel een historie en een diversiteit en dynamiek, die de Europese Unie als voorbeeld zou kunnen dienen. Wie wil zien wat dat betekent zou eens een paar uur kunnen doorbrengen in Matonge, de ‘Afrikaanse’ wijk aan de voet van het Paleis van Justitie. Brussel is ook de onvermoede broedplaats van utopieën, urbanistische experimenten, schrijft Pascal Verbeken in zijn boek Brutopia. En die negentien gemeenten? Kennelijk slagen die gemeenten er toch altijd weer met elkaar eens te worden.

De Groene Amsterdammer wijdde een coververhaal aan de stad, onder de kop: ‘Brussel als voorbeeld. In de Europese hoofdstad wordt de toekomst uitgevonden.’ Een ingewikkelde stad met veel instituties, besturen, regeringen. Een stad met vele talen die worstelt met migratie en groeiende ongelijkheid.

Die andere verdeeldheid van België, die tussen het rijke Vlaanderen en het arme Wallonië. In de negentiende eeuw was de situatie omgekeerd: zware armoede hield Vlaanderen decennialang in zijn greep. Wallonië was de derde industriële en economische macht ter wereld, na Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. De staal- en kolenindustrie groeide en er was een grote vraag naar arbeidskrachten.

Vandaag de dag zijn de rollen omgedraaid. Er heerst een ongekende armoede in Wallonië door de instorting van de Waalse industrie. Het naar boven halen van kolen werd steeds duurder en de kolenaders raakten uitgeput. Vlaanderen investeerde in de bouw van nieuwe havens bij Zeebrugge en Gent en de uitbreiding van de haven van Antwerpen.

Met name rechts-populistische partijen in Vlaanderen hebben geen zin in jaarlijkse transfers van miljarden euro’s om Wallonië op de been te houden. Dan maar een scheiding tussen het noorden en zuiden van België. De vergelijking met de verschillen tussen Noord- en Zuid-Europa is niet ver weg.

Opmerkelijk: in Vlaanderen halen twee rechts-populistische partijen - de N-VA en het Vlaams Belang – bijna de helft van de stemmen. In Wallonië krijgen ze amper voet aan de grond.

Een verklaring is dat de andere partijen en de media een succesvol cordon sanitaire hebben gecreëerd. In Vlaanderen zijn de gevestigde partijen en de media zich geleidelijk inschikkelijker gaan opstellen ten opzichte van uiterst rechts.

Belangrijker is dat de Parti Socialiste in Wallonië nog een klassiek socialistische partij is, die opkomt voor de lonen en sociale voorzieningen en goede leefomstandigheden voor lage-inkomensgroepen. En die weinig moet hebben van thema’s als diversiteit en gender.

Columniste Mia Doornaert betoogt in De Standaard dat de klassieke taak van links ‘weggedeemsterd’ is. Bestrijding van armoede en kansarmoede en de strijd voor sociale rechtvaardigheid waren kennelijk te moeilijk geworden in de tijd van liberalisme na de val van de Berlijnse muur in 1989. De linkse partijen in de Europese Unie zouden de column eens moeten lezen als ze bij de Europese verkiezingen van juni 2024 opkomend rechts in Europa de pas willen afsnijden.

Evenmin als Europese burgers zich ‘Europeaan’ voelen, voelen inwoners van België zich ‘Belg’. Het ontbreekt aan gemeenschapsgevoel. Belgen zijn eerder Vlaming of Waal of Brusselaar dan Belg. Met het Koningshuis en de Rode Duivels heb je het als verbindend gevoel gehad. En waar is het mogelijk dat een premier – Yves Leterme, in 2007 – de Marseillaise aanheft, als men hem vraagt het Belgische volkslied te zingen. Het ontbreekt de jonge staat België aan een gedeeld verleden.

En toch, ondanks alles, België bestaat, het functioneert, het is doorgaans een genoegen er naartoe te gaan. Het kan de Europese Unie tot voorbeeld zijn. Een laboratorium voor Europa.

Meer over:

QOSHE - België als voorbeeld voor Europa - Nico Kussendrager
menu_open
Columnists Actual . Favourites . Archive
We use cookies to provide some features and experiences in QOSHE

More information  .  Close
Aa Aa Aa
- A +

België als voorbeeld voor Europa

18 0
30.12.2023

Geograaf en journalist

Evenmin als Europese burgers zich ‘Europeaan’ voelen, voelen inwoners van België zich ‘Belg’.

‘L’Europe sera belge ou ne sera pas’. De uitspraak wordt zowel toegeschreven aan Paul-Henri Spaak, een van de grondleggers van de Europese Gemeenschap, als aan de auteur Geert van Istendael en was de kop boven een commentaar in Le Soir.

Europa zal Belgisch zijn of het zal niet zijn. Als Europa wil blijven bestaan, moet het een groot België worden. De uitspraak is nog steeds relevant. Als het zo verdeelde België bijeen te houden is, wat leert ons dat over de mogelijkheden om het zo diverse Europa te verenigen? De uitspraak is actueel. België is per 1 januari de nieuwe, halfjaarlijkse voorzitter van de Europese Unie.

België heeft een aantal kenmerken die ook op de Europese Unie van toepassing zijn. De tegenstelling tussen Noord en Zuid, Vlaanderen en Wallonië, het ontbreken van een ‘gemeenschapsgevoel’ en de opkomst van rechts-populistische partijen. En dan noemen we nog niet eens het ontbreken van een duidelijke hoofdstad en een voor buitenstaanders onbegrijpelijke staatsstructuur.

Om het laatste te beginnen. België heeft vijf verschillende regeringen. Of zijn het er zes? Wat is de rol van gemeenschappen, gewesten, provincies? Wat is de positie van Brussel? Wie is verantwoordelijk voor veiligheid, justitie, mobiliteit, economie en ruimtelijke ordening? Voor onderwijs en zorg?

Vergelijk dat complexe systeem met de organisatie van de Europese Unie. Van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger weten dat hij nooit wist wie hij moest bellen........

© Joop


Get it on Google Play