Het wetsvoorstel om meer verantwoordelijkheid voor suïcidepreventie bij de overheid te leggen is een positieve stap. Het belangrijkste daarbij zijn niet de concrete maatregelen, maar vooral de aandacht voor een zorgwekkend probleem.

In Nederland beëindigen gemiddeld vijf mensen per dag hun leven en een veelvoud hiervan doet een poging. Achter deze cijfers spelen onvoorstelbaar grote menselijke tragedies, weet ik helaas uit de praktijk.

Onlangs werd het wetsvoorstel suïcidepreventie met een meerderheid in de Tweede Kamer aangenomen. Een belangrijk initiatief van de ChristenUnie, dat de verantwoordelijkheid voor structureel preventiebeleid nu mede bij de overheid legt. Al in 2007 diende voormalig CU-Kamerlid Joël Voordewind een wetsvoorstel in om langs drukke spoorlijnen hekken te installeren en de daken van hoge gebouwen beter te beveiligen, om het aantal zelfdodingen onder jongeren terug te brengen.

Concreet moet met deze nieuwe wet de zelfmoordpreventielijn 113 altijd gratis blijven, wordt er jaarlijks 6,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor nationale suïcidepreventie-initiatieven en krijgen de gemeenten 10 miljoen euro om suïcidepreventiebeleid uit te voeren.

De Raad van State uitte eerder twijfel over deze wet, omdat er geen nieuwe elementen aan het preventiebeleid worden toegevoegd en vooral wordt verankerd wat er nu al wordt gedaan. Maar ChristenUnie-voorvrouw Mirjam Bikker beargumenteert in Trouw: “Met deze wet proberen we het onderwerp bespreekbaar te maken en mensen een handreiking te bieden in hun uitzichtloze en radeloze situatie. Als je suïcide niet bespreekbaar maakt, woekert het verder.”

In mijn werk bij de crisisdienst zie ik gemiddeld drie mensen per dag die suïcidaal zijn. Met name het percentage jongeren is zorgwekkend. Een recente rondvraag in het studentenleven leverde eveneens verontrustende verhalen op: iedereen kent wel iemand waarmee niks aan de hand leek te zijn, die ‘plots’ zichzelf van het leven beroofde.

Uit onderzoek blijkt dat er bij het merendeel van de mensen met een doodswens sprake is van een behandelbare psychiatrische stoornis. Het probleem bij psychiatrische ziektes is dat juist gedachten aan de dood en gevoelens van hopeloosheid en uitzichtloosheid de ernstige symptomen kunnen zijn van de ziekte.

Psychiatrische aandoeningen worden sterk beïnvloed door de interactie met de omgeving, waarbij de motieven voor suïcidaliteit uiteenlopend zijn. Er kan sprake zijn van een weloverwogen keuze, bijvoorbeeld bij een ernstige ziekte of een impuls zonder duidelijk voorafgaande overwegingen. Het kan ook voortkomen uit een ondraaglijke sociale situatie, waarbij het een manier kan zijn om frustratie te uiten of anderen iets duidelijk te willen maken.

Het nieuwe wetsvoorstel is van groot belang om de huidige suïcide-epidemie hoog op de agenda te zetten. Met name het structureel waarborgen van de laagdrempelige en directe toegang van hulplijn 113 is essentieel. Het medeverantwoordelijk maken van de gemeenten is een belangrijke stap om suïcidaliteit een probleem van ons allemaal te maken.

Agenderen is een belangrijke eerste stap, maar we moeten verder kijken om te begrijpen waarom zoveel mensen in onze samenleving niet meer willen leven. Ik denk dan concreet aan de gigantische wachtlijstproblematiek. Als elke dag een nachtmerrie is omdat je lijdt aan complex trauma, dan kan je het simpelweg niet aan om maanden en maanden op een wachtlijst te staan. Door de manier van financiering, de schaarste aan behandelaren en de intrinsieke complexiteit van psychiatrische problematiek is de GGZ een lastige sector om orde op zaken te stellen.

Naast de tekortkomingen in de GGZ moeten we ook de gevolgen van onze tijdgeest onder ogen zien: het grote onbehagen van nu, waarbij het individu moederziel alleen staat en omzien naar elkaar niet vanzelfsprekend is. Jongeren die eenzaam zijn en tegelijkertijd 24/7 succesvol moeten zijn. De concurrentie met de buitenwereld die moordend blijkt.

De nieuwe wet is een belangrijke stap om aandacht te vragen voor deze stille maatschappelijke misstand. Maar ik hoop vooral dat we het appel voelen om naar elkaar om te zien. Dat is de meest wezenlijke vorm van preventie.

Esther van Fenema is psychiater en auteur.

Hebt u gedachten aan zelfdoding? Praat erover!
Bel gratis 0800-0113 of chat via 113.nl.

QOSHE - De suïcide-epidemie van onze tijd hoort hoog op de agenda - Esther Van Fenema
menu_open
Columnists Actual . Favourites . Archive
We use cookies to provide some features and experiences in QOSHE

More information  .  Close
Aa Aa Aa
- A +

De suïcide-epidemie van onze tijd hoort hoog op de agenda

39 1
18.04.2024

Het wetsvoorstel om meer verantwoordelijkheid voor suïcidepreventie bij de overheid te leggen is een positieve stap. Het belangrijkste daarbij zijn niet de concrete maatregelen, maar vooral de aandacht voor een zorgwekkend probleem.

In Nederland beëindigen gemiddeld vijf mensen per dag hun leven en een veelvoud hiervan doet een poging. Achter deze cijfers spelen onvoorstelbaar grote menselijke tragedies, weet ik helaas uit de praktijk.

Onlangs werd het wetsvoorstel suïcidepreventie met een meerderheid in de Tweede Kamer aangenomen. Een belangrijk initiatief van de ChristenUnie, dat de verantwoordelijkheid voor structureel preventiebeleid nu mede bij de overheid legt. Al in 2007 diende voormalig CU-Kamerlid Joël Voordewind een wetsvoorstel in om langs drukke spoorlijnen hekken te installeren en de daken van hoge gebouwen beter te beveiligen, om het aantal zelfdodingen onder jongeren terug te brengen.

Concreet moet met deze nieuwe wet de zelfmoordpreventielijn 113 altijd gratis blijven, wordt er jaarlijks 6,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor nationale........

© Katholiek Nieuwsblad


Get it on Google Play